Als allergiediëtist krijgen we diverse hulpvragen. Mensen worden doorgestuurd door de allergoloog na het vaststellen van een voedselallergie, anderen komen door via de gastro-enteroloog of via de huisarts. Soms is er een duidelijke diagnose gesteld en is de hulpvraag het voedingsadvies op punt zetten en info verschaffen hoe hiermee omgaan, wat met etentjes, vakanties … Soms is er geen duidelijke diagnose en is het aan ons om op zoek te gaan naar een vermoedelijke trigger. Jammer genoeg gebeurt het ook wel dat een bloedanalyse heel wat sensibilisaties aangeeft (positieve bloedwaarden) en dat er al een strikt dieet is voorgeschreven zonder dat dit nodig is.
Hoe komt dit?
Alles begint met goed luisteren naar het verhaal van de persoon met klachten. Welke klachten treden op, maar ook wanneer, hoe lang duren deze, hoe lang zijn ze al aanwezig … Aan de hand hiervan kan er al een onderscheid gemaakt worden.
Een belangrijke eigenschap van een voedselallergie is immers dat dit 100% reproduceerbaar is. Met andere woorden na elke inname van het betreffende voedingsmiddel treden er klachten op. En deze klachten treden bij een klassieke igE-gemedieerde allergie . Behalve bij een specifieke voedselallergie waarbij de klachten optreden na een bewegingsactiviteit, de meest gekende is de inspanningsafhankelijke-tarwe-allergie.
Bij een voedselintolerantie is dat anders, daar reageert je lichaam op een voedingsstof die in meerdere voedingsmiddelen zit, bijvoorbeeld lactose aanwezig in melk en melkproducten of fructose aanwezig in bijvoorbeeld mango, honing, asperges …. Afhankelijk van hoeveel je gegeten hebt, heb je het ene moment wel klachten en de andere moment geen klachten.
Opgelet: Bij de voedselallergie is er 1 groep waar reacties wel veel later kunnen optreden, namelijk de niet igE-gemedieerde voedselallergieën. De meest gekende is de koemelkeiwitallergie bij baby’s en peuters. Gelukkig groeien zij meestal uit hun voedselallergie.
Wat kan je zelf doen bij vermoeden van een voedselovergevoeligheid?
Vooraleer je een bezoek plant aan de huisarts, allergoloog, gastro-enteroloog of allergiediëtist is het heel handig duidelijk te noteren:
- Welke je klachten zijn
- Wanneer je klachten optreden
- Welke voedingsmiddelen je zelf vermoedt
- Hoe lang dit al bezig is
- …
Daarnaast is het handig om gedurende enkele weken een voedings- en klachtendagboek bij te houden. Noteer wanneer, wat en hoeveel je eet, snoept en drinkt. Noteer ook welke klachten er optreden, wanneer en hoe erg je deze klachten ervaart. We drukken dit altijd uit op een schaal van 1 tot 10, waarbij 1 staat voor geen klachten en 10 zeer erg. Schrijf ook mee op of je bewogen had, of je medicatie had genomen, of je veel stress had … Al deze factoren kunnen je reactie namelijk beïnvloeden.
Welke onderzoeken kunnen er aanvullend gebeuren?
Als er een vermoeden is van
- Voedselallergie
De allergoloog kan aanvullend bloedtesten en huidpriktesten uitvoeren. Als het vermoeden klopt met de resultaten, is de voedselallergie bevestigd. Deze testen hebben zonder vermoeden geen betekenis. Een positief resultaat wil enkel zeggen dat je gesensibiliseerd bent. Als de klachten die erbij gepaard horen, niet aanwezig zijn, is er geen voedselallergie. - Voedselintolerantie
Bij een voedselintolerantie zijn er weinig tot geen aanvullende testen beschikbaar. Een lactose blaastest kan een lactose-intolerantie aantonen, maar zegt niks over de hoeveelheid lactose die al dan niet verdragen kan worden. Wel is het bij een voedselintolerantie soms nodig om een aantal zaken uit te sluiten. Het is aan de huisarts om dit te beoordelen. Het is ook onze taak dit mee te nemen en indien er bepaalde aandachtspunten zijn (rode vlaggen, noemen we dit) is het onze plicht eerst terug naar de arts te verwijzen.
Voedselallergie en -intolerantie worden vaak door mekaar gehaald. Het zijn 2 verschillende aandoeningen die een andere aanpak vereisen. Blijf niet onnodig rondlopen met je klachten, maar zoek hulp. Of ga niet zelf eindeloos veel voedingsmiddelen elimineren, maar laat je begeleiden zodat er een juiste diagnose gesteld kan worden.
Wij, allergiediëtisten, willen vooral zoveel mogelijk voedingsmiddelen toelaten en enkel die voedingsmiddelen schrappen die effectief jouw lichaam klachten geven.
Wist je trouwens dat we ondertussen al een uitgebreid netwerk hebben? Benieuwd? Kijk hier snel of er iemand in jouw buurt actief is. Trouwens de meeste allergiediëtisten werken ook vanop afstand (videoconsult of telefonisch).
Iedereen verdient gepaste hulp, toch?
Groetjes,
An