Enkele weken geleden heb ik mijn blog (https://www.allergiedietisten.com/blog/lactose-intolerantie-simpel/) geschreven over lactose-intolerantie. Vandaag is hier een vervolg op. Niet omdat ik zonder onderwerpen zit, wel omdat ik er nog wat meer over wil vertellen. In deze blog wil ik het vooral hebben over de etikettering van voedingsmiddelen. Het vermelden van allergenen, in dit geval melk en lactose, is verplicht op alle voedingsmiddelen. Toch kan een etiket/ingrediëntenlijst soms best veel en verwarrende informatie bevatten. Vaak krijgen wij dan ook mailtjes van ongeruste cliënten of dit of dat wel of niet gebruikt mag worden wanneer iemand lactose-intolerant is.
Op een verpakking kan je een ingrediëntenlijst vinden. Deze bevat alle stoffen die in het product aanwezig zijn. Het wordt weergegeven in dalende volgorde. Daarmee wordt bedoeld dat wat het meeste in het product aanwezig is, eerst staat en wat er het minst inzit, laatst. Dus hoe verder een ingrediënt in het lijstje staat, hoe kleiner de hoeveelheid aanwezig in het voedingsmiddel.
Wanneer een voedingsmiddel melk of lactose bevat, moet dat duidelijk zichtbaar zijn in de ingrediëntenlijst. Het kan in hoofdletters weergegeven worden, cursief gedrukt, onderlijnd of vetgedrukt zodat het opvalt. Staat in de ingrediëntenlijst melk of lactose, dan kan je dit voedingsmiddel niet gebruiken als je lactose-intolerant bent. “Simpel” zal je misschien denken, dat is het echter niet. Een voedingsmiddel kan nog vele andere ingrediënten bevatten die je doen twijfelen. Wanneer bevat een voedingsmiddel WEL lactose? Als één van de volgende benamingen in de ingrediëntenlijst staat:
- Melk: koemelk, buffelmelk, schapenmelk, geitenmelk en paardenmelk
- Lactose, melksuiker, lactulose
- Karnemelk (botermelk), karnemelkpoeder
- Melkpoeder (magere, volle)
- (melk)wei, weipoeder, wrongel, lactoserum
- Melkderivaten als
- kaas*, smeltkaas, smeerkaas
- platte kaas, kwark, verse kaas
- yoghurt, kefir, umer
- room: slagroom, culinaire room, kookroom, zure room, crème fraîche
- boter, boterpoeder, ghee
- pudding, pap, vla
- (magere of droge) melkbestanddelen
* Bij kaas kijk je best goed op het etiket. Wanneer de kaas 0 g KH (koolhydraten) bevat per 100 g, dan bevat deze kaas geen lactose en kan je die gebruiken. Wanneer de kaas < 1 g KH bevat per 100 g, wordt deze kaas door de meeste cliënten die lactose-intolerant zijn goed verdragen. Bevat de kaas > dan 1 g KH, dan kan je deze kaas niet gebruiken.
Wanneer bevat een voedingsmiddel GEEN lactose? Als een van de volgende benamingen in de ingrediëntenlijst staat:
- Melkeiwit: caseïne, caseïnaat, sodiumcaseïnaat
- Gehydroliseerd melkeiwit, melkeiwit-isolaat
- Lactalbumine, lactoglobuline, lactoferrine, lactoperoxidase
- Melkzuur (lactaat), lactitol
- Melkvet
Waar zit nu het verschil? Wanneer we het eenvoudig voorstellen bestaat melk uit: water, melkeiwit, melksuiker en melkvet. Lactose is de melksuiker en dus het koolhydraat uit de melk. Wanneer dit in een voedingsmiddel aanwezig is, van nature of toegevoegd, moet je dit voedingsmiddel vermijden wanneer je lactose-intolerant bent. Soms worden aan voedingsmiddelen melkeiwitten toegevoegd: caseïne, caseïnaat … dit bevat geen lactose en hoeft dus niet vermeden te worden. Soms zijn de melkeiwitten onvoldoende gezuiverd en kunnen ze nog kleine hoeveelheden lactose bevatten. Deze hoeveelheden zijn meestal zo laag dat ze geen klachten geven bij de meeste personen die lactose-intolerant zijn.
Wat als er op de verpakking staat: ‘gemaakt in een bedrijf dat melk verwerkt’ of ‘kan sporen van melk bevatten’? Wanneer je lactose-intolerant bent mag je deze producten gebruiken. De kans is klein dat er melk inzit. Moest het toch melk bevatten dan is de hoeveelheid lactose uit die melk zo laag dat het niet echt klachten zal veroorzaken.
Mieke