Gluten: er zijn weinig voedingsstoffen waarover meer geschreven werd de afgelopen jaren. Maar wanneer moeten gluten nu effectief vermeden worden? En wat is het verschil tussen coeliakie of glutenintolerantie, tarweallergie en glutensensitiviteit?
Coeliakie of glutenintolerantie is een auto-immuunziekte. De dunne darm wordt beschadigd wanneer voedingsmiddelen die gluten bevatten worden gegeten. Gluten zijn eiwitten aanwezig in tarwe, rogge, gerst, spelt, kamut en in alle producten op basis van deze graansoorten. Bij coeliakie wordt een glutenvrij dieet aangeraden. De diagnose coeliakie kan gesteld worden door een bloedonderzoek en een darmbiopt.
De klachten verschillen van persoon tot persoon. Sommige mensen hebben nauwelijks klachten. De meest voorkomende symptomen zijn: chronische diarree, obstipatie, buikpijn, opgezette buik en winderigheid. Soms is er sprake van depressie, botontkalking, vertraagde puberteit, vermoeidheid…
Tarweallergie wordt veroorzaakt door een allergische reactie op een eiwit uit tarwe, mogelijk een ander eiwit dan gluten. Een allergie is een reactie van het immuunsysteem. Afhankelijk van de allergische reactie en de ernst van de klachten, wordt bepaald in hoeverre een strikt tarwevrij dieet gevolgd moet worden. In sommige gevallen kan er een kleine hoeveelheid van het allergeen verdragen worden. Na het eten van tarwe kunnen allerlei mogelijke allergische reacties optreden. De meest voorkomende klachten zijn maagdarmklachten en diarree, soms gepaard gaand met misselijkheid en braken. Andere symptomen kunnen o.a. huidklachten, (angio-oedeem) (zwellingen, meestal in gezicht en keel) roodheid, jeuk, astma … zijn. De darmklachten en diarree zijn gelijkaardige klachten als bij coeliakie, waardoor verwarring mogelijk is. Tarweallergie komt minder vaak voor dan coeliakie.
Er zijn nog andere aandoeningen die gelinkt worden met de inname van gluten en tarwe en waarbij darmklachten ervaren worden: glutensensitiviteit (ook non celiac gluten sensitivity of NCGS) en prikkelbare darmsyndroom (PDS). Voor deze aandoeningen bestaat er tot op heden geen goede diagnose: men ziet hierbij eerder ‘onverklaarbare’ darmklachten.
Bij glutensensitiviteit worden klachten zoals buikpijn, diarree, vermoeidheid… ervaren, waarbij geen darmschade ontstaat, dit in tegenstelling tot coeliakie, waar dezelfde klachten ervaren worden, maar waarbij viadarmonderzoek darmschade wordt vastgesteld. Een glutenvrij dieet zou een noemenswaardige verbetering van de klachten moeten teweegbrengen.
Wanneer er na het weglaten van gluten nog steeds darmklachten aanwezig zijn, kan men denken aan prikkelbare darmsyndroom. De diagnose voor PDS wordt vaak ook gesteld door andere darmaandoeningen uit te sluiten. Gluten worden gelinkt met het laag FODMAP-dieet bij PDS. Echter zijn sommige patiënten met PDS mogelijks gevoelig voor fructanen, een type koolhydraten, die we in tarwe terugvinden. Fructanen vinden we in meer producten dan in tarwe alleen, namelijk ook in bepaalde groente- en fruitsoorten, in peulvruchten, in andere graanproducten. Het laag FODMAP-dieet heeft dus niets te maken met een glutenvrij dieet, al worden sommige glutenvrije producten ingeschakeld omdat ze ook laag zijn in FODMAP’s.
Een groot verschil met het dieet bij glutensensitiviteit en PDS, tegenover het dieet bij tarweallergie en coeliakie is, dat er kleine hoeveelheden gluten of fructanen worden toegelaten. Er wordt ook gezocht met de patiënt naar een hoeveelheid die verdragen wordt.
Leuke cartoon in het Engels die het verschil op een ludieke manier beschrijft: https://thenib.com/gluten-the-facts-and-the-fad-2438bfaaf1c0