Eczeem (ook wel atopische dermatitis of atopisch eczeem genoemd) is de meest voorkomende chronische ontstekingsziekte van de huid. Meer dan 20% van de kinderen in geïndustrialiseerde landen en tot 3% van de volwassenen lijdt er aan. Twee derde van de patiënten met eczeem heeft geen antistoffen aangemaakt tegen omgevings- of voedselallergenen. Maar toch is eczeem vaak gerelateerd aan andere allergische aandoeningen.
Hoe werd deze studie uitgevoerd?
Voor dit onderzoek werden 66 wetenschappelijke studies geselecteerd en grondig geanalyseerd, op zoek naar een antwoord op de vraag: Veroorzaakt eczeem een voedselallergie?
Om deze vraag te beantwoorden, werden volgende subvragen onderzocht:
• Hoe sterk is het verband tussen eczeem en voedselallergie?
• Is voedselallergie geassocieerd met ernstiger eczeem?
• Is voedselallergie geassocieerd met het vroeger ontstaan van eczeem en met eczeem van een grotere chroniciteit?
• Is er een verband in tijd tussen de ontwikkeling van eczeem en voedselallergie?
Welke antwoorden werden gevonden?
- Uit verschillende studies bleek een duidelijk verband tussen voedselallergie, antistoffen hebben tegen voedsel en het hebben van eczeem.
- Voedselallergie houdt verband met ernstiger eczeem en meer chronisch eczeem.
- Er is bewijs van een studie dat eczeem ontstaat vóór een voedselallergie. Een andere studie toont het verband tussen eczeem op jonge leeftijd enerzijds, en voedselallergie en antistoffen maken tegen voeding op latere leeftijd, anderzijds.
Wat kunnen we hieruit besluiten?
Het is waarschijnlijk dat sensibilisatie aan voeding (waarbij antistoffen tegen voeding worden aangemaakt, zonder al te spreken van een voedselallergie) hoofdzakelijk gebeurt via de ontstoken huidbarrière bij eczeem, wat mogelijks kan leiden tot de ontwikkeling van een voedselallergie. Maar een voedselallergie kan ook ontstaan zonder voorafgaand eczeem. Andere factoren, zoals waterhardheid, gebruik van zeep en detergenten, frequentie van wassen, kunnen ook bijdragen aan een grotere doorlaatbaarheid van de huid, en dus sensibilisatie van voeding. In dit domein is meer onderzoek nodig.
Conclusie: Het bewijs uit deze studie ondersteunt de hypothese die pleit voor een herstel van de huidbarrière en een vroegtijdig en proactieve behandeling van eczeem. Het vermijden van omgevingsblootstelling (via de huid) van allergenen kan een voedselallergie voorkomen, maar is in de praktijk moeilijk haalbaar.