Koemelkallergie is de meest voorkomende voedselallergie bij baby’s en kleine kinderen.
Ongeveer 2 à 3 op 100 vertonen allergische symptomen na het drinken van koemelk of na het eten van producten waar koemelk in verwerkt is. Meestal treden de symptomen op na een paar weken van regelmatige consumptie. Omdat de symptomen heel uiteenlopend zijn, van heftige darmkrampen tot eczeem wordt deze allergie niet altijd (snel) herkend.
De belangrijkste klachten zijn huidproblemen als rode uitslag, jeuk, eczeem, netelroos (galbulten), maagdarmklachten zoals krampen, overgeven en diarree, last van de luchtwegen, groeiachterstand, voedselweigering …
Als je kind veel huilt en moeilijk te troosten is en de klachten blijven aanhouden, is een koemelkallergie waarschijnlijk, zeker als de problemen telkens opnieuw optreden (onmiddellijk) na het drinken van koemelk. Ook peuters en kleuters met een duidelijke atopie (uitgebreid eczeem, astma, hooikoorts) hebben een verhoogde kans op een koemelkallergie.
Er bestaat verwarring tussen koemelkallergie en “lactose-intolerantie”, die vaak ten onrechte een “koemelkintolerantie” wordt genoemd.
Een koemelkallergie wordt behandeld met een volledig eliminatie van koemelk in al zijn vormen. Bij lactose-intolerantie ben je intolerant voor lactose (het koolhydraat in koemelk) en bestaat de behandeling uit een dieet waarbij enkel het koolhydraat “lactose” wordt verwijderd. Alle lactosevrije melk, yoghurt en kaas bevatten echter nog steeds het koemelkeiwit en zijn daarom niet geschikt voor kinderen met een koemelkeiwitallergie.
Het is erg belangrijk dat de diagnose van koemelkallergie wordt gesteld door een arts, gespecialiseerd in allergie. Laat nooit op eigen houtje koemelk weg uit het dieet van je kind. Melk bevat voedingsstoffen die essentieel zijn voor de groei.
Nu de diagnose is gesteld, moeten alle producten met koemelkeiwit volledig gemeden worden. Hou het koemelkvrije dieet ten minste vier weken vol.
Bij borstvoeding volgt de mama een koemelkvrij dieet: alle melk, melkproducten en alle voedingsmiddelen waar melkeiwitten in verwerkt zijn worden gemeden, zodat de borstvoeding absoluut vrij is van koemelkeiwitten. Hoe lang en hoe strikt de koemelkeiwitten moeten geweerd worden uit de voeding van de moeder, is individueel erg verschillend. Geleidelijk terug introduceren van koemelkeiwitten in de voeding van de moeder zal snel duidelijk maken of de baby opnieuw last krijgt, of niet.
Een koemelkeiwitvrij dieet is geen eenvoudig dieet omdat in heel veelvoedingsmiddelen koemelkeiwitten worden verwerkt. Ook in minder voor de hand liggende voedingsmiddelen zoals brood, vleesproducten, vleesvervangers, koekjes …Als je hierover vragen hebt, contacteer een allergiediëtiste.
Zij kan je helpen met een geschikte vervanging van koemelk en zal tevens bekijken welke maatregelen genoemn moeten worden om tekorten te voorkomen.
Bij flesjes wordt overgeschakeld op intensief gehydrolyseerde kunstvoeding (melkeiwitten worden als het ware in kleine stukjes ‘geknipt’= hydroliseren) op basis van wei-eiwit of caseïne, zoals Nutrilon pepti®, Nutramigen®, Alfaré® , Althéra®
Soms is dit zelfs niet voldoende voor je baby en moet je overschakelen op kunstvoeding op aminozuurbasis (nog meer verknipte eiwitten) bijvoorbeeld Nutramigen Puramino®, Neocate®. Hiervoor stelt de kinderarts een attest op voor de terugbetaling.
Een plantaardige melkvervanger op basis van soja is geen goed idee, gezien ook hier kleine baby’s allergisch op kunnen reageren.
Daarna volgt de volgende stap: provocatie (koemelk wordt terug ingevoerd) in het ziekenhuis om de diagnose met zekerheid te bevestigen.
Vervolgens dient iedere 9-12 maanden een voedselprovocatie te worden overwogen om na te gaan of de koemelkallergie nog bestaat of verdwenen is (bij anafylaxie 12 maanden). Afhankelijk van de ernst van de allergie kan ook beslist worden om via de melkladder thuis melk te herintroduceren.
Goed nieuws:
Bij de meeste kinderen verdwijnt deze allergie op latere leeftijd: 6 op 10 herstelt van koemelkallergie voor de leeftijd van 2 jaar. Op de leeftijd van 3 jaar zijn 3 op 4 kindjes ervan verlost.
Koemelkallergie komt beperkt voor bij volwassenen, slechts bij 0,1% tot 0,5% van de bevolking.
Kris