700x185 + logo Aanpassing maart 2020 def kopie
AllergieDiëtisten.com - Nieuwsbrief
Inhoud nieuwsbrief augustus:
  • Biotechnologie maakt gluten en pinda's minder allergeen
  • Darmbacteriën en eczeem bij kinderen
  • Patiënten met de diagnose van coeliakie (= glutenintolerantie) hebben een hoog risico om metabool syndroom en leververvetting te ontwikkelen.
  • Recept: Havermout-speltkoekjes
  • Meer lezen?

Biotechnologie maakt gluten en pinda’s minder allergeen

chemistry-575651_1280
Door gebruik te maken van plantenveredeling en biotechnologie proberen onderzoekers (Rustgi et al.) producten met pinda en gluten minder allergeen te maken.
Mensen die allergisch zijn voor pinda-eiwitten of gluten moeten voedingsmiddelen met deze eiwitten strikt mijden, wat een hele uitdaging is omdat veel voedingsmiddelen deze eiwitten bevatten en contaminatie met deze eiwitten regelmatig voorkomt.
Daarnaast geldt dat tarwe en pinda een gemakkelijk beschikbare voedseloptie is voor velen. Tarwe is een geweldige bron van energie, vezels en vitaminen en pinda’s leveren eiwitten, goede vetten, vitaminen en mineralen.
Daarom hebben onderzoekers van de Crop Science Society of America getracht varianten van voedingsmiddelen met een lager gehalte van deze allergenen te kweken, waarvan de mensen minder last zouden hebben.
Voor tarwe, concentreren de onderzoekers zich op een groep proteïnen, gluten genoemd.
Net deze gluten kunnen een immuunreactie veroorzaken bij mensen met coeliakie.
Ook het pinda-allergeen bestaat uit een groep van eiwitten (16).
Niet alle pinda-eiwitten zijn even allergeen. Vier eiwitten veroorzaken een allergische reactie bij meer dan de helft van de pinda-gevoelige personen.
Door varianten met minder of geen van deze eiwitten te kruisen en te kweken, kan een product dat minder allergeen is, worden gemaakt. Deze gewassen zullen ook de toevallige blootstelling aan allergenen verminderen en de ernst van de reacties beperken als blootstelling toch zou gebeuren.
Daarnaast maken de onderzoekers gebruik van CRISPR, een techniek waarmee je heel precieze veranderingen kan aanbrengen in het DNA.
Genen waar CRISPR zich op richt, worden veranderd of gemuteerd. Dit betekent dat cellen deze genen niet langer kunnen 'lezen' om de specifieke eiwitten te maken.
Het verstoren van de glutengenen in tarwe kan tarwe opleveren met aanzienlijk lagere glutengehalte. Een soortgelijke aanpak zou ook werken bij pinda's.
Vooralsnog is CRISPR in Europa voor dit soort toepassingen niet mogelijk. Het is een controversieel onderwerp, maar wie weet kunnen we in de toekomst pinda’s en gluten eten, zonder schrik voor een allergische reactie.

Bron: https://www.sciencedaily.com/releases/2021/01/210127085239.htm

Darmbacteriën en eczeem bij kinderen

Constitutioneel_eczeem
Studies bevestigen, wat al langer vermoed werd: er is een relatie tussen de bacteriën in de darm en eczeem. Echter, is het nog steeds niet duidelijk wat de exacte verklaring hiervoor is.
Recent is onderzoek gedaan naar de darmbacteriën en eczeem bij kinderen vanaf 3 maanden in combinatie met de introductie van allergene voeding (onder andere ei en pinda). Hieruit bleek kinderen van 3 maanden met eczeem een andere samenstelling hadden van hun darmflora dan kinderen zonder eczeem. De bacterie Clostridium sensu strictu overheerste bij kinderen met eczeem. Bij introductie van allergene voeding vanaf 3 maanden werd de darmflora diverser.
Wat kunnen we hiermee doen in de praktijk ter preventie van eczeem bij kinderen? Daarvoor is nog meer onderzoek nodig.
Voor kinderen met of zonder eczeem is het advies alvast om vanaf 4 maanden zeker allergene voeding te introduceren.


Patiënten met de diagnose van coeliakie (=glutenintolerantie) hebben een hoog risico om metabool syndroom[1] en leververvetting te ontwikkelen.

slimming-2728331_1280
Een glutenvrij dieet zou een hogere inname van vetten en enkelvoudige suikers tot gevolg hebben. Hierdoor hebben patiënten met coeliakie een verhoogd risico op metabole complicaties waaronder het metabool syndroom en een vervette lever. Men onderzocht de aanwezigheid van het metabool syndroom en een vervette lever in 2 groepen van patiënten met coeliakie.
In groep 1 werden 54 personen met een recente diagnose van coeliakie ingedeeld. 44 van hen werden 1 jaar later opnieuw beoordeeld nadat ze 1 jaar lang een glutenvrij dieet volgden. In groep 2 werden 130 coeliakiepatiënten onderzocht, die het glutenvrij dieet meer dan 1 jaar toepasten.
De patiënten uit beide groepen werden onderzocht op verschillende antropometrische (lichaamsmetingen zoals lengte, gewicht, buikomtrek …) en metabole parameters (cholesterol, bloedglucose, bloeddruk …) alsook de vervetting van de lever.
In groep 1 werden er bij de start van het glutenvrij dieet 5 patiënten (van de 44), met metabool syndroom (11,4%) gediagnosticeerd, na het volgen van het glutenvrij dieet gedurende 1 jaar waren dit er 9 (18,2%). Het aantal patiënten in groep 1 met een vervette lever evolueerde op 1 jaar van 6 patiënten (14,3%) naar 13 patiënten (29,5%) In groep 2, was de mediaan van het volgen van een glutenvrij dieet 4 jaar (mediaan = middelste van de totale testpopulatie). Bij deze testgroep werd er een diagnose van metabool syndroom gesteld bij 26,3% van de patiënten en bij 23% werd een vervette lever vastgesteld.
Patiënten met coeliakie hebben een verhoogd risico op het ontwikkelen van het metabool syndroom en een vervette lever, wat nog verder toeneemt bij het volgen van een glutenvrij dieet. Deze patiënten worden best regelmatig opgevolgd en begeleid met betrekking tot hun eetgewoonten en metabole kenmerken. Gezonde voeding en fysieke activiteit zullen belangrijk zijn in de behandeling.
[1] Men lijdt aan metabool syndroom als men voldoet aan ten minste 3 van de volgende criteria: overgewicht met een buikomtrek van meer dan 94 cm bij mannen, en meer dan 80 cm bij vrouwen.
Een nuchtere waarde voor triglyceriden (bloedvetten), van meer dan 150 mg/dl.
Een HDL-cholesterolwaarde (goede cholesterol) van minder dan 40 mg/dl bij mannen, en minder dan 50 mg/dl bij vrouwen.
Een nuchtere bloedsuiker (glucose) van 100 mg/dl of meer, of reeds in behandeling zijn voor diabetes type 2.
Een bloeddruk hoger dan 130/85, of reeds in behandeling zijn voor hoge bloeddruk.
Metabool syndroom duidt dus niet op één ziekte, maar op een verzameling van risicofactoren die vaak samen voorkomen én op die manier in verband staan met ziekten zoals hart- en vaataandoeningen en diabetes.

Bron: Patients with celiac disease are at high risk of developing metabolic syndrome and fatty liver, Asish Agarwal et al.

Havermout-speltkoekjes

IMG_5350
Ingrediënten
  • 125 g speltmeel
  • 200 g havervlokken
  • 100 g zonnebloemolie
  • 100 g kristalsuiker
  • 2 eieren
  • 2 koffielepels bakpoeder
  • 2 zakjes vanillesuiker
  • Amandelen (als afwerking)
Bereiding
  • Doe de havervlokken, de eieren, de olie samen in de blender.
  • Mix deze ingrediënten tot een egaal beslag.
  • Neem een kom en voeg het beslag en de overige ingrediënten samen.
  • Meng alles tot een egaal deeg.
  • Maak een 30-tal deegballetjes.
  • Leg een bakpapier op een bakplaat, duw de deegballetjes plat en leg ze hierop.
  • Duw een amandel (of andere noot) in het midden van elk koekje ter garnering.
  • Bak de koekjes gedurende 15 minuten in een voorverwarmde oven van 175°C.
Vrij van:
Schermafbeelding 2021-08-22 om 16.40.14
Bevat:
Schermafbeelding 2021-08-22 om 16.40.26
Allergeneninfo:
algemene-icoontjes

Meer lezen?

facebook 
Uitschrijven | Abonnement beheren
AllergieDietisten.com is een samenwerking tussen 5 zelfstandige diëtisten. We verwerken je gegevens met zorg en delen deze nooit met derden. Je kan onze privacyverklaring hier nalezen.